Rechter bepaalt: Leusdense moeder met drie kinderen mag niet op straat worden gezet

De vrouw en haar kinderen van 8, 14 en 15 jaar huurden de eengezinswoning van een andere vrouw, die tijdelijk bij haar vriend introk. Wat ze niet wisten, is dat de woningstichting al langere tijd overhoop lag met de daadwerkelijke huurster, die er door de woningstichting onder meer van werd beticht een illegale seksinrichting te runnen. Het huurcontract met deze vrouw werd ontbonden, maar toen zat het gezin nog in de woning. 

Volgens de woningstichting probeerde het gezin op clandestiene wijze de nieuwe hoofdhuurder te worden en duidde alles erop dat ze er definitief wilden blijven wonen. Daarom werd in kort geding ontruiming geëist, binnen zes maanden. Maar de rechter ziet niets illegaals en dan geldt huurbescherming. Partijen hadden eerst geprobeerd er onderling uit te komen. Dat liep op niets uit, omdat het gezin volgens advocaat F. Swart van de woningstichting een vervangende woning  eiste. ,,Dat hebben we geweigerd.‘’ 

De woningstichting beraadt zich nog op hoger beroep.