Kolkman geeft toe: 'Er waren wel signalen bekend over situatie bij Werkmakelaar-Oost'

Zo'n twintig procent van alle mensen die hebben gewerkt bij het door de gemeente Deventer gesubsidieerde productiebedrijf Werkmakelaar-Oost, heeft geklaagd over arbeidsomstandigheden. Dat heeft Mieke Akkermans, directeur van uitvoeringsorganisatie Deventer Werktalent, woensdagavond bekendgemaakt. 

Alle klachten - het merendeel kwam volgens haar binnen als melding - zijn doorgezet naar het productiebedrijf én de gemeente Deventer. Volgens Akkermans kon Deventer Werktalent niet anders. „Ingrijpen was moeilijk, omdat wij geen zeggenschap hadden. Dat was aan de gemeente. We hebben waar mogelijk oplossingen aangedragen. Zo hebben we aan het bedrijf voorgesteld om mondkapjes te gebruiken en de verwarming aan te zetten." Dit laatste omdat medewerkers onder meer hebben geklaagd over ijskoude temperaturen in de productiehallen waar zij moesten werken.

In het evaluatierapport, dat door ambtenaren van de gemeente is opgesteld in opdracht van Kolkman en begin deze maand was vrijgegeven, staat evenwel dat géén signalen bekend waren van klachten rond arbeidsomstandigheden. Kolkman kwam daar woensdagavond kort op terug: „Ik moet bekennen dat er wél signalen waren, maar geen officieel geregistreerde klachten. Dit staat dus verkeerd vermeld in het rapport."

Akkermans kwam daarna aan het woord. Zij vertelde dat er op een gegeven moment, vanwege de klachten die binnenstroomden over de arbeidsomstandigheden bij het productiebedrijf, zelfs is opgeschaald. 

Raadsleden stelden ook vragen aan Akkermans over de 'profielen' van mensen die door Deventer Werktalent aan Werkmakelaar-Oost werden voorgedragen. Dit omdat in het evaluatierapport de oorzaak van de financiële malaise waarin Werkmakelaar-Oost verzeild raakte, deels wordt toegeschreven aan Deventer Werktalent. De uitvoeringsorganisatie zou niet voldoende 'geschikte kandidaat-werknemers' aan Werkmakelaar-Oost hebben voorgedragen, waardoor de omzet achterbleef. Akkermans gaf aan dat er geen duidelijke definities hierover waren afgesproken: „Wat ik wel kan zeggen is dat wij er alles aan hebben gedaan om zoveel mogelijk mensen aan te leveren."